post

Adviseurschap in het hoger onderwijs wordt complexer….

Met de zomer voor de deur is het voor velen een moment om te reflecteren op het afgelopen (school)jaar. Een adviseur zou dan zichzelf vragen kunnen stellen over zijn adviesstijl, gespreksvoering, interventie- en gedragsrepertoire. Wat zijn mijn sterktes, zwaktes, drijfveren, valkuilen, authenticiteit. Ben ik bewust van mijn rol en positie en pas ik situationeel en contextueel adviseren toe?

Hoewel ik een aardig eindje op weg was om over het voorgaande te bloggen, bedacht ik me en wilde ik mij verdiepen in de ontwikkeling van het adviseurschap in het hoger onderwijs. Wat valt me op? Daarover gaat deze blog: welke ontwikkeling zie ik…. ….het wordt complexer.

Bij mijn verdieping in het onderwerp werd ik geïnspireerd door een werksessie bij De Baak. Om strategisch te kunnen adviseren zijn bepaalde kwaliteiten en vaardigheden ontzettend handig en is het aardig een aantal kritische vragen paraat te hebben.

“Van productgerichte adviseurs naar strategische adviseurs
Binnen de hogeschool is vanuit het management van opleidingen en docenten steeds meer behoefte aan ‘strategische’ adviseurs en steeds minder aan ‘productgerichte’ adviseurs. Door toenemende complexiteit is het voor managementleden en docenten tegenwoordig erg lastig om het geheel nog te overzien. Daardoor verdwijnt de klassieke adviesrol en moet je je als adviseur inleven in de veelzijdige wereld van waarin de opleiding zich beweegt. Je zult dus ‘strategisch’ moeten kunnen adviseren.

Kwaliteit 1: de onderzoeker
Omdat niemand de waarheid in pacht heeft en de wereld te complex is geworden voor een eendimensionale benadering, is het ontwikkelen van een open en onderzoekende houding van groot belang. Dit is een enorme omschakeling voor de klassieke adviseur die gewend is zich op zijn kamer en in zijn kennisbastion terug te trekken. De bijdrage is dus niet meer ‘een adviesrapport’ en vooral stukken schrijven, maar eerder ‘een inzicht’ voor de gewenste oplossing: als adviseur stem je tot nadenken door jouw kritisch meedenken en doorvragen.

Kwaliteit 2: de generalist
Breed gedragen oplossingen kunnen alleen tot stand komen door aandacht te geven aan factoren buiten je eigen vakgebied. Ontwikkel een generieke blik, vraag je af wat de raakvlakken zijn met andere kennisgebieden en de consequenties voor andere afdelingen en opleidingen. Dit vraagt van de adviseur om buiten de bekende kaders te treden, de dingen in samenhang te zien, kwesties integraal te benaderen. Als je dit nog een stapje verder ontwikkelt, dan kun je ook gaan adviseren op strategische thema’s als organisatie(politiek), veranderdynamiek, visie- en teamontwikkeling.

Kwaliteit 3: de coach
Strategisch adviseren vertoont raakvlakken met coaching. Vroeger was ‘het advies of de oplossing’ je product. Die productgerichtheid kan nu een ballast zijn, of zelfs een handicap. Je draagt de oplossing niet aan, maar faciliteert deze. Dat doe je door kritisch te bevragen. Je levert toegevoegde waarde in een organisatie door bij docenten en management manieren van denken te mobiliseren, of inzichten wakker te schudden, die er zonder jou niet zouden zijn.

Kwaliteit 4: de netwerker
Strategisch adviseren betekent voor velen een omschakeling waardoor je je gegarandeerd ongemakkelijk gaat voelen. Je zit dus niet meer dagelijks aan een adviesproduct te schrijven, maar gaat als een netwerker door de organisatie heen, je hebt je antennes en voelsprieten uit staan en je moet ervoor zorgen dat je in relevante vergaderingen wordt uitgenodigd zodat ze jou als een waardevolle denk- en gesprekspartner zien. In feite sta je met lege handen en moet je al onderzoekend je meerwaarde aantonen.

Kwaliteit 5: de professional
De strategisch adviseur faciliteert oplossingsrichtingen, maar is beslist niet de probleemeigenaar. Adviseurs schrijven soms de prachtigste rapporten die de docent of het management echt niet altijd van a-tot-z wil doornemen en dan simpelweg de vraag stelt: “maar wat zou jij nou doen in dit geval?”. Zo’n adviseur wordt dan erkend voor zijn kennis en vaardigheid en dat is natuurlijk erg vleiend. De valkuil is dan om de beslissing te nemen voor de geadviseerde. Niet doen, want alleen degene met beslissingsbevoegdheid kan de probleemeigenaar zijn. Als professional met een goed ontwikkelde beroepshouding blijf je dan in je rol.

Twaalf vragen
Een strategisch adviesgesprek is geen gemakkelijke opgave. Je moet eigenlijk heel veel aannames, vanzelfsprekendheden en agenda’s onderzoeken. Voor de adviseur zelf zijn er vele valkuilen en verleidingen, je wordt op het verkeerde been gezet, je wordt belemmerd door ingesleten overtuigingen en angsten. Doorvragen is van groot belang om effectief te kunnen zijn, om de vraag te verhelderen of te kunnen ontdekken wat verborgen is. Maar dat vereist moed en soms een mate van ongemakkelijkheid bij de personen aan tafel! Wellicht kan het onderstaande setje met kritische vragen jou als adviseur alvast een handje helpen.

  1. Waarom moet er iets veranderen?
  2. Welk resultaat verwacht je?
  3. Welke rol speel je eigenlijk in dit probleem?
  4. Wat heb je al eerder geprobeerd?
  5. Wat is er toen gebeurd?
  6. Wat als we niks doen, wat verliezen we en wat winnen we daarmee?
  7. Voor wie is dit (niet) belangrijk?
  8. Zijn er (onbedoelde negatieve/positieve) neveneffecten te verwachten?
  9. Welke rol speelt het team, de directie, etc?
  10. Zijn de stakeholders op de hoogte van de vraag?
  11. Wat mag het kosten?
  12. Welke risico’s zie je onderweg?”

Gebruikte bron: De Baak ‘training voor adviseurs’

Geef een reactie